Blog

Het karakter van hoogbegaafde kinderen

Bij hoogbegaafdheid wordt vaak als eerste gedacht aan kinderen met een hoog IQ die goed kunnen leren. Maar waar komt het begrip IQ eigenlijk vandaan en waarom lopen hoogbegaafde kinderen in de praktijk toch vaak tegen problemen aan op school? De Vlaamse wetenschapster Tessa Kieboom maakt een onderscheid tussen het cognitieve luik van hoogbegaafde kinderen en hun zijnsluik. Wanneer we door het cognitieve luik kijken, zien we vooral de bijzondere capaciteiten van hoogbegaafde kinderen. Wanneer we door het zijnsluik kijken vragen we ons af hoe hoogbegaafde kinderen de wereld ervaren. Kieboom stelt dat deze kinderen vier persoonskenmerken hebben die onderscheiden zijn van hun cognitieve vermogens: perfectionisme, een grote gevoeligheid, een sterk rechtvaardigheidsgevoel en een kritische instelling.

In dit essay over het karakter van hoogbegaafde kinderen schets ik eerst de geschiedenis van het onderzoek naar hoogbegaafdheid en het ontstaan van het intelligentiequotiënt. Vervolgens bespreek ik het triadisch model van Joseph Renzulli. In dit model worden naast bovengemiddeld vermogen ook taaktoewijding en creativiteit genoemd als noodzakelijke voorwaarden voor het tot uiting komen van hoogbegaafd gedrag. Ten slotte kijk ik naar de de manier waarop het zijnsluik van Tessa Kieboom op dit model voortbouwt.

Lees het volledige essay hier.

Sebastiaan den Uijl

Filosofische Praktijk Horizon

Socrates in de les

In dit onderwijsverbeterplan vraag ik mij af hoe het socratisch gesprek bij het vak filosofie in het voortgezet onderwijs kan worden verbeterd. Meer specifiek zal ik de filosofische vaardigheden van de leerlingen en de begeleiding van de leraar tijdens het gesprek onderzoeken. Ook stel ik de vraag naar de samenhang tussen sociale en filosofische vaardigheden in het socratisch gesprek. Dit onderzoek kwam tot stand tijdens de module Onderwijsverbetering van de opleiding Educational Needs aan de Hogeschool Utrecht.

Lees het volledige onderwijsverbeterplan hier.

Sebastiaan den Uijl

Filosofische Praktijk Horizon

 

De draad van Ariadne

In dit eindonderzoek voor de opleiding Zelfstandig Talentbegeleider (Novilo) beschrijf ik mijn begeleiding van een begaafde leerlinge met dyslexie naar het eindexamen Latijn. Ik zal haar in dit verslag Hanna noemen. De begeleiding begon in de vierde klas van het gymnasium en duurde drie jaar.

Het onderzoek bestaat uit vier paragrafen. In de eerste paragraaf geef ik een samenvatting van de begeleiding van Hanna in de vierde en de vijfde klas van het gymnasium. Vervolgens schets ik de huidige stand van het onderzoek naar dyslexie. In de derde paragraaf ga ik dieper in op het leren van moderne vreemde talen met dyslexie. In de laatste paragraaf bespreek ik de interventies die ik heb uitgevoerd om Hanna te helpen bij de voorbereiding op haar examen Latijn.

Lees het volledige eindonderzoek hier.

Sebastiaan den Uijl

Filosofische Praktijk Horizon

Een mens worden

De Poolse psychiater Kazimierz Dabrowski (1902-1980) heeft in de jaren ’60 van de vorige eeuw een theorie opgesteld over de ontwikkeling van de menselijke persoonlijkheid. In zijn theorie van positieve desintegratie (TPS) stelt hij dat persoonlijke groei niet kan plaatsvinden zonder periodes van psychische onrust, innerlijke conflicten en onvermogen om zich aan te passen aan de sociale omgeving. Volgens Dabrowski zijn deze stormachtige periodes in iemands leven niet pathologisch, maar wijzen ze op de desintegratie van lagere waarden en doelstellingen. Dabrowski noemt dit proces van desintegratie positief vanwege het uiteindelijke doel van persoonlijke ontwikkeling. Dat is namelijk de vorming van een authentieke persoonlijkheid, die leeft overeenkomstig een hiërarchie van autonoom vastgestelde waarden.

In zijn theorie onderzoekt Dabrowski de verschillende stadia van persoonlijke groei. In het kort kunnen we zeggen dat de persoonlijkheid zich via het proces van positieve desintegratie ontwikkelt van een eerste stadium van primaire integratie naar een laatste stadium van secundaire integratie. De primair geïntegreerde persoonlijkheid kenmerkt zich door weinig zelfbewustzijn, gerichtheid op zichzelf (egocentrisme) en impulsief handelen. De persoon conformeert zich aan de waarden die in zijn of haar sociale groep gelden. De secundair geïntegreerde persoonlijkheid kenmerkt zich door het doorleefde bewustzijn van het eigen ideaal, een intens emotioneel leven, het open staan voor nieuwe ervaringen en een hoge mate van zelfinzicht. Persoonlijke groei wordt gekenmerkt door een steeds sterker innerlijk besef van deze ‘lagere’ en ‘hogere’ waarden (multilevelness). Doordat verschillende waarden in het innerlijk van de persoon om de voorrang strijden, ontstaan de psychische onrust en onaangepastheid aan de omgeving, die volgens Dabrowski noodzakelijk zijn voor persoonlijke groei.

Lees het volledige essay over de theorie van Dabrowski hier.

Sebastiaan den Uijl

Filosofische Praktijk Horizon